Groeiende milieubewustwording binnen de uitvaartsector

Over gans de wereld ziet men de groei van crematie.  Daarnaast heeft men een brede waaier aan producten en mogelijkheden om de asbestemming te laten plaatsvinden.  Naast urnen en milieuvriendelijke asbestemmingen groeit bij de consument een bewustwording dat de dood een impact heeft op ons milieu.

De mogelijkheden binnen asbestemmingen groeien naar een milieuvriendelijke aanpak door gemeenten en steden.  Steeds meer gemeenten en steden investeren in een alternatief voor de klassieke columbaria, urnenkelders of asverspreidingen.  De alternatieven zijn urnenbossen.  Een bos waarin men zonder grafkenmerk een biologisch afbreekbare urne kan begraven.  De biologische urne geeft door contact met de aarde en grondvocht, de as traag aan de aarde.

Daarnaast investeren gemeenten en steden in het vergroenen van hun begraafplaatsen.  Er worden echte parken aangelegd waarin men kan vertoeven en tot rust komen.  Er zijn zelfs begraafplaatsen die worden gepromoot als wandelparken of een plek om te sporten.  Dat maakt een begraafplaats niet meer zo ‘doods’.

Men keert als het ware terug naar de natuur.  Het is echter we de vraag of crematie zo’n milieuvriendelijke optie is, omdat er bij de verbranding altijd metalen vrij komen.  Een waardevol alternatief is het resomeren, iets waar Europa nog niet voor te vinden is, maar wellicht wel zijn weg zal vinden naar het Europese grondgebied.

Het resomeren gebruikt geen vlam om een stoffelijk overschot tot as te herwerken.  Enkel biologisch afbreekbare stoffen die geen schade aanbrengen aan ons milieu.  Tot 15 Amerikaanse staten hebben ondertussen het resomeren bij wet goedgekeurd.  In België heeft de politiek een afwachtende houding.  Zoals het veelal gaat, hinkt Europa achterop.

Innovatie binnen de uitvaartsector staat niet stil, dat was ook te merken op de European Innovation Funeral Awards.