Geen “lijktoerisme’ meer in Melle
Zij die niet in Melle wonen en er toch begraven willen worden, zullen binnenkort fors moeten gaan betalen. Tot op heden moest dat niet en zo werd er al gesproken van “lijktoerisme” in Melle.
“De huidige tarieven dateren van 1992. We moeten de prijzen aanpassen aan de veranderde levensduurte”, zegt schepen van Financiën Erwin Van Heesvelde (N-VA) in het Nieuwsblad. “We hebben de tarieven vergeleken met die van de buurgemeenten Wetteren, Oosterzele en Destelbergen.”
Volgens de schepen waren de grafkelders van Melle zo goedkoop dat niet-inwoners van Melle de kelders gingen reserveren. Het ging dan vaak om mensen uit Gent.
De tarieven voor Mellenaars voor graf- en urnekelders blijven behouden, maar de termijn wordt gehalveerd naar 25 jaar. Voor niet-inwoners worden alle prijzen verdubbeld. Daar is de oppositie niet over te spreken. “Het jaagt de mensen op kosten, terwijl de gemeente geld genoeg heeft”, betoogt Lieven Volckaert (Open VLD). SP.A heeft het over een ‘leedbelasting’.
De oppositie eist cijfers. “Het gaat over mensen die misschien ooit in Melle hebben gewoond en die terugkeren omdat het hier goedkoper is. Dat is toch niet zo zuiver”, zegt schepen Frank De Vis (N-VA), zijn partijgenoot en schepen van Financiën te hulp schietend. “Emotionele redenen zullen toch wel de doorslag geven”, vindt Lieven Volckaert. “Het gaat toch om mensen die hier hebben gewoond en geleefd. Ik vind de manier waarop de schepen hierover spreekt, cynisch.”
In 2005 werden drie van de zes grafkelders gekocht door niet-inwoners. In 2006 drie van de negen, in 2007 geen enkele van de zes en in 2008 twee van de drie. Het aantal begravingen van niet-inwoners ligt beduidend hoger dan in de buurgemeenten Wetteren en Merelbeke.
nieuwsbron en citaten: nieuwsblad.be